Nederlandse gemeenten zijn sinds het wettelijk verbod op gif bij het bestrijden van onkruid twee tot vier keer meer kwijt aan de aanpak van het groen tussen de tegels. De rekening loopt in de miljoenen euro’s. De milieuvriendelijke alternatieven blijken ook nog eens veel minder effectief.
Dat blijkt uit een rondgang van deze krant langs Nederlandse gemeenten die tot twee jaar geleden nog glyfosaat gebruikten om het onkruid in de straten te bestrijden. Dat middel, ook wel bekend onder de merknaam Roundup, is sinds vorig jaar jaar wettelijk verboden bij verhardingen omdat het gif via het riool ook in het oppervlaktewater belandde.
Gemeenten moeten nu borstelen, branden, stomen of heet water gebruiken om het ongewenste groen te verdelgen. Maar deze milieuvriendelijke methodes werken niet zo goed als gif. Om de straten toch op het gewenste kwaliteitsniveau te krijgen, moeten gemeenten nu vaker de wijken in om het onkruid te verwijderen.
De kosten rijzen de pan uit. Alleen al in de gemeente Rotterdam is de rekening in een paar jaar tijd gegroeid van 1,3 miljoen euro naar 2,9 miljoen dit jaar.
Rotterdam is niet alleen. De gemeente Nissewaard zegt bijvoorbeeld tien keer meer kwijt te zijn (6 ton) dan toen er nog met chemische middelen werd gewerkt. Ook de gemeente Hellevoetsluis is jaarlijks 300.000 euro meer kwijt aan onkruidbestrijding. ,,Het is tijdrovender en dus ook duurder. In het verleden gingen we bijvoorbeeld drie keer per jaar alle straten langs, nu eens in de vier weken’’, aldus een gemeentewoordvoerder.
Jan Hekman, deskundige op het gebied van niet-chemische onkruidbestrijding, stelt dat sommige gemeenten de hoge kosten deels aan zichzelf hebben te danken, omdat ze zich slecht hebben voorbereid en pas op het allerlaatste moment op andere methodes zijn overgestapt. ,,En dat terwijl we er al jarenlang ervaring mee hebben.’’
Jo Ottenheim van Neyfo, de brancheorganisatie van de agrochemische industrie, ziet de toekomst voor de openbare ruimte somber in. Zijn organisatie was destijds fel tegen het verbod op gif. Hij ziet hier nu al de gevolgen van op straat. ,,Als je naar buiten kijkt, zie je het onkruid overal. En dit is nog maar het eerste jaar. Wat we nu niet correct doen, krijgen we de volgende jaren terug. Dit is pas het begin’’, waarschuwt hij. Ottenheim hoopt dan ook dat nieuwe ‘groene’ middelen beschikbaar komen die het onkruid net zo effectief bestrijden als glyfosaat.
De hoge onkruidrekening is even slikken voor de gemeenten die in 2015 nog met gif werkten. Gemeenten die al veel langer zonder Roundup werken en ervaring hebben met stomen, borstelen en branden melden dat bestrijding zonder gif 2,5 tot 3 keer duurder blijft. Utrecht verbood uit milieu-overwegingen het gebruik van gif al 20 jaar geleden en is gewend aan de hoge kosten.
Gemeenten zijn zoekende naar de beste methode. Soms werkt stomen het beste, soms is branden het effectiefst. Enige handigheid bij het gebruik van de brander is vereist. In onder meer Apeldoorn, Tilburg en Hengelo gingen onlangs heggen in vlammen toen een ingehuurde onhandige aannemer het gemeentelijk onkruid wilde vernietigen.
Ook de experimenten – wat werkt wel en wat werkt niet - kosten geld. In Terneuzen schoot de rekening van 125.000 euro in 2015 naar 425.000 euro dit jaar. Samen met de gemeente Hulst en Sluis werden er dertig mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt aangenomen om de straten ‘onkruid-arm’ te houden met vegen, borstelen en branden.
Rijswijk was in 2015 49.500 euro kwijt aan onkruidbestrijding met Roundup. Dit jaar verwacht de gemeente ruim vijf keer duurder uit te zijn. De gemeente Kampen was vroeger 50 mille kwijt om de stoepjes netjes te houden en had voor dit jaar het budget verdrievoudigd, maar de gemeente meldt dat het toch te weinig is. Er moet geld bij.