In Nederland gelooft een op de zes mensen (17 procent) in God en iets meer dan 25 procent is atheïst. Daarmee telt ons land voor het eerst meer ongelovigen dan gelovigen. Dat blijkt uit onderzoek naar spiritualiteit en geloof dat in opdracht van Trouw werd uitgevoerd door Ipsos en de Vrije Universiteit in Amsterdam.
Volgens atheïsten bestaat er hoogstwaarschijnlijk geen God of andere hogere macht omdat daarvoor geen bewijzen zijn en zelfs geen vage aanwijzingen. Volgens de onderzoekers zweeft de overgrote meerderheid (60 procent) tussen godsgeloof en ongeloof in (agnosten). Zij geloven niet dat er per se een God of hogere macht bestaat, maar durven het ook niet helemaal uit te sluiten.
Dan heb je nog de ‘ietsisten’, die denken wel dat er ‘iets’ van een hogere macht moet zijn. Dat het aantal gelovigen verder is afgenomen komt onder meer omdat mensen meer zelf kunnen bepalen wie ze zijn. “Vroeger bepaalde je dorp, je familie of je kerk wie je was.”
De vorige meting was in 2012. Toen vormden gelovigen nog een krappe meerderheid.