Ze beloofde naar de verjaardag van haar vriendin in Australië te komen. Op de fiets. Vanuit Friesland. Marica van der Meer, reisleidster en fotografe, hield woord. De reis nam wel 15 maanden in beslag. In een boek vertelt ze over haar avontuur van 28.000 kilometer.
Haar vriendin in Australië dacht dat het een grapje was. Maar als Marica van der Meer (47) zegt dat ze op de fiets naar haar verjaardag in Adelaide komt, is ze natuurlijk bloedserieus.
Ze fietste al van Vuurland, het meest zuidelijke puntje van Zuid-Amerika, naar Alaska, reed Afrika rond in een landcruiser, en 'reist' meer in het buitenland dan dat ze in Nederland 'woont'.
,,Ik leg de lat hoog en blijf zoeken naar nieuwe uitdagingen,'' zegt de nuchtere Friezin. ,,Reizen is verslavend. Het is een manier van leven. Backpacken was niet genoeg. Ik zocht meer uitdaging, zowel fysiek als mentaal. Mezelf dwingen elke ochtend weer op de fiets te stappen.''
En zo vertrok ze op 1 april 2013 voor haar monstertocht vanuit Workum, om op 26 juni 2014 in Adelaide aan te komen bij het huis van haar vriendin. Stipt om 16.00 uur, toen het feestje begon.
De voorbereiding? ,,Tot 3 dagen voor vertrek begeleidde ik nog een groepsreis in Zuid-Amerika. Je traint jezelf tijdens de fietstocht.'' Haar Zwitserse hybridefiets telt 27 versnellingen. De bagage zat in vijf fietstassen. Ze bedwong in de Himalaya tien bergpassen van 4000 meter hoog. Doorkruiste 21 landen en legde in 452 dagen in totaal 28.365 kilometer af.
Vier fietsvrienden hebben delen van de tocht meegereden. Maar China en de Himalaya doorkruiste ze alleen. ,,Ik kon niemand vinden die de héle reis mee wilde fietsen,'' zegt ze lachend.
Haar boek, dat afgelopen week verscheen, heet niet voor niets Weg van de wereld. De reis was haar ontsnapping aan de druk van de westerse maatschappij. Om ver weg te zijn van deze wereld en te genieten van mooie culturen, mensen en natuur. ,,Ik kan niet tegen routine en herhaling en lang van tevoren afspraken plannen.''
De tocht - elke fietsdag 70 tot 150 kilometer - ging over hoge bergen, door bloedhete woestijnen, over brede snelwegen en smalle vluchtstroken, verborgen landweggetjes en door rijstvelden. Marica sliep in hotels, bij mensen thuis of kampeerde in het wild. En ze legde zichzelf een dagbudget van 20 euro op.
Ze filmde en maakte duizenden foto's. Communiceerde met handen en voeten, met Google Translate op de smartphone, overblufte Chinese agenten die haar wilden verbieden om wild te kamperen.
Tegen Iran zag ze vooraf het meest op. Ze was aangenaam verrast door de openheid van de bevolking. ,,De mensen wilden een praatje maken, Engels oefenen en nodigden me thuis uit om thee te drinken,'' zegt ze.
,,Elk huis had een satelliet en ze wilden vrienden op Facebook worden, terwijl Facebook daar verboden is. Ik sliep wel een nacht in mijn tentje tegenover een kerncentrale. Achteraf was dat misschien niet verstandig.''
Soms zat het ook tegen. Een voedselvergiftiging in Oezbekistan achtervolgde haar nog maanden. Tibet mocht ze niet in, maar in de Himalaya verbleef ze in dorpjes en kloosters waar normaal geen toerist kwam.
In het gebergte zat ze er op zeker moment ook fysiek doorheen. Een sneeuwstorm dwong haar een stukje te liften. Stoppen was geen optie. ,,Liften voelt als de boel bedonderen. Ik ben daar niet trots op. Ik denk dat ik de hele reis in totaal 500 kilometer heb gelift, omdat het noodzakelijk was.''
Nadat haar fietsvriend in Turkmenistan was geschept door een vrachtwagen, reden ze in een taxi naar de grens, omdat hun visum een dag later zou verlopen. In China was ze verplicht om in een vrachtwagen de grens over te steken. En dan was er Myanmar, waar de grens met Thailand net was opengesteld.
,,Pionieren is leuk, maar we konden nergens op internet vinden of we hele land door konden fietsen. Er bleek een gebied te zijn waar we niet doorheen mochten. Niemand kon vertellen waarom. We moesten 200 kilometer vliegen. Dat vond ik heel moeilijk, maar veiligheid gaat boven alles.''
Nu is ze weer terug in Friesland. Inmiddels is ze alweer naar Marokko en India is geweest; in april vertrekt ze naar Bolivia. De reis gebruikt ze om ideeën op te doen voor nieuwe groepsreizen die ze met haar eigen bureau organiseert voor avontuurlijke 50- en 60-plussers. En om een nieuwe droom te ontwikkelen. ,,Mijn wereld wordt wel steeds kleiner. Ik heb alle continenten gehad. Ik zou alleen nog graag naar de Polynesische eilanden willen of met een zeilboot de wereld rond.''
En het is ook fijn om - voor eventjes - terug in Nederland te zijn. Waar alles netjes opgeruimd is en het stopcontact het gewoon doet. ,,Ik kan er niet tegen als mensen zeuren over hun bestaan. Ga een stukje de wereld in, dan merk je dat je niks te klagen hebt,'' zegt ze. ,,Tijdens deze reis zag ik de wereld eens niet door de ogen van de media, met alle ellende, maar door mijn eigen ogen. Dan zie je ook hoe mooi de wereld eigenlijk is.''