Planten kunnen risico’s inschatten op een vergelijkbare manier als mensen en dieren dat doen.
Britse en Israëlische vorsers lieten een groot aantal erwtenplanten (Pisum sativum) roulette spelen. Ze splitsten de wortels van een aantal opgroeiende planten in twee en staken ze in twee verschillende potten. De planten moesten dus kiezen welk deel van hun wortels voorrang zou krijgen. Normaal zijn dat de wortels die in de grond met de meeste voedingsstoffen zitten, een strategie die wijdverspreid is in zowel het planten- als dierenrijk: het loont de moeite te gaan jagen dáár waar het meeste te rapen valt.
Maar de biologen zorgden ervoor dat beide potten even rijk waren aan nutriënten. Althans, van bij de start van hun experimenten. Want slechts in één pot hielden ze de startconcentratie aan voedingsstoffen aan, terwijl ze die in de andere lieten variëren, at random in beide richtingen. Het kwam erop aan te ontdekken op welk deel van zijn wortels de planten zich zouden focussen – welke pot de planten dus zouden ‘kiezen’.
Bij experimenten met een redelijke startconcentratie aan voedingsstoffen in beide potten kozen de planten keer op keer voor de pot met de constante hoeveelheid – ze speelden met andere woorden op safe. Was er bij de start echter minder voedsel aanwezig in beide potten om een plant tot volle ontwikkeling te laten komen, dan werd steevast gekozen voor de variabele pot – een duik in het ongewisse dus, want de concentratie aan voedingsstoffen kon ook hier nog verder dalen.
De onderzoekers denken hiermee aangetoond te hebben dat ook organismen zonder een zenuwstelsel – zoals planten – in staat zijn risico’s in te schatten en dus ‘een gokje’ te wagen. Een beetje op dezelfde manier zoals wij mensen en dieren dat doen. Dat wil natuurlijk nog niet zeggen dat planten ook intelligent zijn. Wel dat veel van wat wij als complex of interessant gedrag beschouwen vaak terug te brengen is tot simpele gevolgen van biologische aanpassingen.