Blog van Emmo, bootjes en meer | |
01-10-22 10:41:57 | Emmo Stamgast WMRindex: 67.677 OTindex: 28.577 |
20: De kat de bel aanbinden Gezegde: als eerste een begin maken met iets moeilijks 20.1: Kattekrabbels De hele avond is het rustig, nadat ik rond zevenen de bus overgenomen heb. Collega voor me zei ook al zoiets. Geen enkele melding, alleen wat gedoneerde hulpgoederen ophalen en naar het asiel brengen. Diervoer, oude handdoeken en dergelijke. Pas om een uur of drie gaat de telefoon. Er was een kat gevonden. Naar verluid zou het dier erg vermagerd zijn en ook wat aan de ogen mankeren. Mijn opdracht was: Kijken wat er aan de hand is, als het allemaal meevalt het dier een belbandje omdoen en anders meebrengen naar het asiel. Ik onderweg. Eerst even opbellen dat ik eraan zit te komen, dan weten ze dat ik onderweg ben. Eerst was er via de centrale een bepaald adres aangegeven, maar per telefoon vertelde de melder dat ze dat kat in de vingers hadden gekregen en in een kooi gezet. Adres was veranderd in een paar huisnummers verderop. Maakt niet uit, die paar nummers kúnnen niet ver uit elkaar liggen. Aan het eind van de aanrijroute is een T-kruising. Op de kop ervan staan twee kinderen te zwaaien. Mooi zo. Daar zal het wezen. En inderdaad, zo gauw ik de auto geparkeerd heb komt er een vrouw het huis uit met een transportkooi in de handen. In de kooi een rode kater. Beest zit er volgens mij niet zo gek uit, beetje ruim in het vel maar dat zie je wel vaker. Met de ogen zie ik ook weinig mis. Maar even de kat uit de kooi halen, de chip lezen, aangenomen dat ‘ie er een heeft, en wat nader bekijken. Beest laat zich zonder moeite uit de kooi halen en probeert het dan op een lopen te zetten. Ha, niet zolang ondergetekende de baas is. Ik grijp het beest bij de kladden, beest draait zich om en geeft me toch een paar halen! Eigen schuld, had ik maar handschoentjes aan moeten doen. Maar ik had hem nog beet. Tegen de grond drukken en de chip lezen. Geen reactie. Dan maar overzetten naar mijn kooi. Die stond al klaar. Het beest wist nu wie de baas was, probeerde nog wel het één en ander maar kreeg daar de kans niet voor. Toen de kat eenmaal in de box was kreeg ik van een andere vrouw die ook was komen kijken wat dotjes toiletpapier om de wonden te deppen. Het bloedde aardig. Ik vertel dat ik haar maar naar het asiel ga brengen. Leek mij, gezien het verhaal van de melder, de beste oplossing. Volgens dat verhaal was het een verdwaalde kat waar niemand zich eigenlijk om bekommerde. Ik pak de kooi met kat en de rest van de boel in de auto en meld aan de centrale dat ik het dier naar het asiel wil brengen. Centrale is het daar niet mee eens en wil dat ik het een belbandje om doe en laat lopen. Ik vind van niet, maar centrale heeft meer ervaring. Bovendien weet centrale hoeveel plek er nog beschikbaar is in het asiel. Ik weet wel dat het momenteel aardig vol is maar meer ook niet. Goed. Ik zet de kooi in de deuropening van de bus en laat het beest de kop uit de kooi steken zodat ik zonder verdere beschadigingen zo’n bandje kan aanbrengen. Ondertussen vertel ik de omstanders van de verandering van de plannen. Na twee pogingen heeft het beest een bandje om de nek. Gek genoeg had ze tijdens die procedure geen spatsies. Hij was zelfs kopjes aan het geven. Toen ik haar uit de kooi liet ging ze op een drafje naar de overkant van de straat en ging zich daar wassen. Mevrouw de melder kwam met een bakje voer aan, mevrouw had zelf drie katten, en het beest ging er, aan de overkant van de straat, ver weg van mij, heerlijk van schrokken. Met een paar dagen, als er niemand reageert op het belbandje, komen we het beest ophalen. Alleen weet ik niet of we het zo gemakkelijk in de vingers zullen krijgen. Maar misschien kan de melder assisteren. Nog even met een van de kinderen gepraat en toen ben ik weer weggereden. | |
01-10-22 14:06:10 | venzje Oudgediende WMRindex: 22.620 OTindex: 7.915 |
Duidelijk een genderfluïde kat, zo te zien: het ene moment een hij, het volgende moment alweer een zij. | |
01-10-22 14:43:47 | Buick Oudgediende WMRindex: 5.640 OTindex: 1.132 |
Quote: Het beest wist nu wie de baas was De kat Een kat heeft personeel , geen baas. Hij had wel sterk personeel, dat dan weer wel | |
01-10-22 15:02:35 | Emmo Stamgast WMRindex: 67.677 OTindex: 28.577 |
@venzje: 't Was een rooie, dus hoogstwaarschijnlijk een hij. | |
01-10-22 15:29:26 | Mamsie Oudgediende WMRindex: 46.268 OTindex: 96.116 |
Géén katje om zonder handschoenen aan te pakken! | |
01-10-22 21:05:57 | De Paus Oudgediende WMRindex: 13.811 OTindex: 19.883 S |
Katten zijn net kleine pantertjes. Het ene moment laten ze zich aaien, het andere moment gaan ze krabben en bijten. afbeelding | |
02-10-22 10:23:02 | Emmo Stamgast WMRindex: 67.677 OTindex: 28.577 |
20.2: Kachelende spreeuw Ik ben bijna thuis aanbeland, gaat de telefoon. Centrale. Mensen in het stadje aan de overkant van de rivier horen gekke geluiden uit de kachelpijp komen. Mevrouw is bang dat het een marter is. Dat zou vreemd zijn. Het is nog bij lange na geen schemering en pas dan gaan de marters op sjouw. Bovendien kruipen marters maar zelden of nooit in schoorstenen. Volgens centrale is de kans groot dat het een vogel is, maar je weet maar nooit. Of ik maar even wil inspecteren. Ik het autootje gedraaid en richting stadje. Voor mij is dat korter bij, ik hoef de rivier niet over. Aangekomen op het adres in een nieuwbouwwijk doet mijnheer open en toont me de kachel in kwestie. Een moderne houtkachel waarvan de kachelpijp in het onderdeks verdwijnt. Hoe sloop je zo’n beest? “Ach”, zegt mijnheer, “Ik haal wel even de buurman, die heeft verstand van kachels”. Paar tellen later arriveert ook buurman. Ondertussen had ik de boel al bekeken. Eerst maar eens het deurtje open en de vuurkamer inspecteren. Als het dier, wat het ook mag zijn, voorbij de smoorklep gekomen is, dan zul je het daar aantreffen. Met een beetje moeite en de hulp van mijnheer voorzichtig het deurtje open. Wel met de handschoentjes aan. Als het per ongeluk toch een marter is, dan heb je die wel nodig. Maar nee hoor, midden is de vuurkamer zit doodrustig een spreeuw. Ik steek via de iets geopende deur mijn hand naar binnen, grijp mis en whoeisj, de spreeuw vliegt via de kier de kamer in. Via het witte onderdeks, roetvegen achterlatend, tegen het raam. Daar blijft ze zitten. Op tafel ligt een vliegenmep. Met behulp daarvan druk ik het beestje voorzichtig tegen de vloer en met de andere hand kan ik het zonder verdere moeite beetpakken. Salondeur naar de tuin open en het beest op de tuintafel gezet. Daar bleef ‘ie rustig zitten. Moest zeker nog bekomen van het avontuur. Mijnheer gevraagd of hij de standaard €27 wil overmaken naar het asiel als bijdrage in de (voorrij)kosten. Dat zou mijnheer doen. Ik laad mijn pruttel weer in de auto, extra handdoek, handschoenen en transportkooi. Weer een avontuur. | |
02-10-22 10:28:56 | Buick Oudgediende WMRindex: 5.640 OTindex: 1.132 |
@Emmo, voor jou zijn het allemaal avonturen Het leest ook als een spannend boek | |
03-10-22 08:51:10 | Emmo Stamgast WMRindex: 67.677 OTindex: 28.577 |
20.3: Afgebrande kat Nog niet eens halverwege naar huis toe alweer een telefoontje. De hele ochtend niet en dan opeen een hele rits achter elkaar. In de binnenstad, aan een winkelstraat, heeft een mijnheer een dode kat zien liggen. Op een plek waar een huis heeft gestaan maar dat een tijdje terug is afgebrand. Er staat een hek van een aannemer omheen, maar, volgens mijnheer, kun je met een beetje gefochel er wel doorheen. Maar eens kijken. Ik weer gekeerd en onderweg naar de stad. Als ik de grote verkeersbrug oprij alwéér een telefoontje. Dit keer met wat meer haast. In een andere wijk heeft iemand een kat aangereden. Mijnheer wist niet of het dier nog leefde of dood was, het leek dood, maar mijnheer kon er niet bij want het had zich onder een Renault Twingo verstopt. | |
04-10-22 01:32:30 | HoLaHu Oudgediende WMRindex: 6.352 OTindex: 2.476 |
@Emmo: Als dat na het ongeluk gebeurd is, was het toch nog een redelijk levende dode... | |
05-10-22 16:08:02 | Emmo Stamgast WMRindex: 67.677 OTindex: 28.577 |
20.4: Kattentwingo Zo’n melding gaat natuurlijk voor een dode kat. Als het dier nog leeft zal het behoorlijk gewond zijn en met spoed naar een dierenarts moeten. Auto aan de kant, domdommetje nieuw ingesteld en naar het bewuste adres. Mijnheer had het adres waar de Twingo stond opgegeven. Ter bestemder plaatse aangekomen auto weer aan de kant, zaklantaarn, schepnet en chiplezer gepakt. Inderdaad staat op de oprit van het bewuste adres een Renault Twingo. Op de knieën erbij, zaklantaarn in de aanslag. Het begon al lekker te schemeren. En ja hoor, onder de voorsteven van de Twingo ligt een kat. Maar wel dood, helaas. Ik schuif het beest vanonder de auto naar me toe. Chiplezer eroverheen, ja hoor, een nummer. Kat maar even naar de auto gebracht, de verdere operatie kun je maar niet bij wildvreemde mensen op de oprit uitvoeren. Nummer ingevoerd, nummer is niet bekend. Nog een keer proberen, van het zelfde pak een laken. Foto’s gemaakt, briefje ingevuld en centrale ingelicht. Centrale vraagt om de gegevens, zij wilde het nog een keer proberen, denkelijk. Maar voor de rest is de procedure is bekend, dier in een zak en naar het asiel. Beest is nauwelijks beschadigd. Dan komt het kadaver in een mandje in de vriezer. Kadavers niet toonbaar zijn blijven in de zak. Toonbare beesten doen we tegenwoordig in een mandje om herkenning te vergemakkelijken. Niet toonbare kadavers blijven in de zak omdat je dan minder kots hoeft op te ruimen na bezichtiging. En dan kan ik verder naar het afgebrande huis in de binnenstad. | |
07-10-22 16:35:02 | Emmo Stamgast WMRindex: 67.677 OTindex: 28.577 |
20.5: Afgebrande kat (vervolg) In de winkelstraat waar het adres is kan ik, als het moet, wel komen. Maar in dit geval is het niet echt nodig. Even een dode kat ophalen, zo gebeurt. Ik zet de auto dan ook op een parkeerplaatsje aan de kade, een straat verderop. Een steegje door en ik ben in de winkelstraat. Even het nummer zoeken en inderdaad, tussen de huize in is een soortement bouwplaats. Ik schijn met mijn zaklamp door het hek. Geen dode kat te herkennen. Wel een levende. Een mooie cyperse zit op haar gat zich te likken. Of dit de kat was die mijnheer bedoelde, geen idee. Er was geen beschrijving van het dier gegeven. Maar deze was net zo levendig als u en ik. Beest zat daar doodrustig in het licht van de zaklantaarn. Geen verder actie nodig. Ik kon verder naar het asiel om de overreden kat weg te brengen. Daarna weer op huis aan. Ik had de avonddienst met mijn collega geruild wegens een verjaardag, de overdracht zou niet om zeven uur ‘s avonds zijn, maar acht uur de volgende ochtend. Om een uur of tien was ik weer thuis. Verder geen meldingen gehad. | |
08-10-22 09:25:04 | Emmo Stamgast WMRindex: 67.677 OTindex: 28.577 |
21: Kraaienmars voor een duif Spreekwoord: De kraaienmars blazen = sterven 21.1: Jonge duif Net als de voorgaande dagen is het rustig, héél rustig. Maar uiteindelijk komt er een melding door. Iemand heeft aan de rand van de stad een jonge houtduif gevonden, die, volgens melder, achter de vodden werd gezeten door een stel kraaien. Inschatting: als die kraaien kunnen doorzetten zal de duif het niet overleven. De man had dan ook de duif opgepakt, in een doos gestopt en de dierenambulance gebeld. Die melding kreeg ik voor mijn kiezen. Zoals gezegd was het adres in een nieuwbouwwijk aan de rand van de stad. Zo eentje waar ze een alternatieve nummering wel leuk gevonden hadden. Op advies van het domdommetje parkeer ik voor een volledig verkeerd nummer en stap uit. Schiet een man me aan: “waar moet je wezen”? Die had denkelijk al vaker iemand met een verdwaasde blik in de ogen door de wijk zien lopen. Ik noem het nummer en de man zegt: “Loop maar mee”. Ik hobbel achter de man aan door een inhammetje en een steegje en een doorloop en dan zegt de man: “Verrek, dit zijn alleen maar de even nummers. Dan moet je tóch aan de andere kant zijn”. Denkelijk zijn niet alleen de niet-autochtone bewoners met de nummering in de war. Ik loop weer terug en volg de volgorde van de nummering in de richting vanwaar ik gekomen ben. Periodiek staan bordjes met pijlen erop die naar een groep woningen verwijzen met een bepaalde groep nummers. Als ik de juiste groep heb gevonden moet ik weer zo’n steegje door en kom vervolgens op een trapveldje met een sloot ernaast. Linksaf is de goede richting. Het laatste huis, daar moet ik zijn. Als ik vanaf de bus de andere kant was opgelopen langs de sloot rond het groepje huizen was ik er drie keer sneller geweest. Voordat ik kan aanbellen doet een man open. Die had me al voorbij zien komen. Het eerste wat hij zegt is de vraag of ik ook bang ben van honden. Moeilijke vraag, maar in het algemeen zal iemand die als vrijwilliger bij de dierenambulance werkt niet direct een angst voor honden hebben. Op basis van de vraag verwacht ik natuurlijk een loebas van een hond, maar er blijken twee zeer enthousiaste onderkruipseltjes van honden in de woonkamer te bivakkeren. Even de de hand likken, over de kop aaien en die waren ook weer tevreden. We lopen door naar het schuurtje waar mijnheer de duif in een doos heeft zitten, afgedekt met een plank en een steen erop. Dan zou je denken dat die duif flink wild is, maar niets is minder waar. Het beest zit stil in een hoekje van de doos en probeert niet eens te fladderen als ik hem eruit til. Ik bekijk het beest maar vind niet onoirbaars. Mogelijk is ‘ie alleen maar diep onder de indruk van het gebeurde. Mijnheer vertelt hoe het dier heeft aangetroffen, naast de sloot onder een boom, aangevallen door wat kraaien. Bovendien, vertelt hij, zwerft er ook nog een sperwer rond die zo’n jonge duif natuurlijk ook wel een lekker hapje zal vinden. Natuurlijk is het geheel weer eens een menselijk ingrijpen op een natuurlijke gang van zaken: wie zich niet kan handhaven wordt, zo niet letterlijk dan wel figuurlijk, opgevroten. Maar dat is de hele job. Menselijke empathie lijdt wel vaker tot onnatuurlijke zaken en dan is een duif redden van de kraaien nog heel onschuldig. Ik vertel mijnheer dat ik het beest naar de opvang zal brengen en dat hij waarschijnlijk, als hij weer voldoende is aangesterkt, zal worden vrijgelaten. Eind goed al goed. Via de tuindeur en weer door een kruip-door-sluip-door steegje kom ik bij de bus uit. Daar telefoneer ik met de opvang om te melden dat ik er met een door kraaien gemolesteerde duif zit aan te komen. Goed, zegt de opvang, zet maar in hok “E”. En dat waren weer de avonturen voor die dag. | |
09-10-22 09:34:58 | Emmo Stamgast WMRindex: 67.677 OTindex: 28.577 |
22: Gesteigerde duif 22.1: De duif gevlogen Even na de koffie gaat de telefoon. In de binnenstad is een jonge duif gespot die rustig bleef zitten op een steiger, terwijl een schilder daar aan het werk was. Zelfs tijdens het verplaatsen van de rolsteiger bleef het beest op zijn plek. Normaal vliegen duiven op als ze gestoord worden dus blijven zitten is een vorm van gestoord gedrag. Of we maar even poolshoogte wilden gaan nemen. Eerst maar de bijrijder ophalen. Die woont in dezelfde stad als de duif in kwestie. We moesten in een bepaalde steeg zijn. Bijrijder woont al haar hele leven in de stad maar deze steeg was haar toch onbekend. Dan maar achter het domdommetje aanrijden. Daar hebben we dat hebbeding voor. Wij de hele binnenstad doorgekard. Uiteraard waren ze net vanochtend bezig met snoeien waardoor een aantal wegen waren afgesloten. Dat maakt het leven nét een stukje interessanter. Via een soortement spiraal kwamen we uiteindelijk uit op de plaats van bestemming. De koers was een spiraalvorm vanwege de extensieve neiging van stadsplanners om zoveel mogelijk wegen hetzij af te sluiten, hetzij van eenrichtingsverkeer te voorzien. Rechtstreeks van A naar B is in een moderne stad uitgesloten. In de steeg zelf konden we niet komen, maar vlak bij de toegang was een plek vrij. Weliswaar maar een dik kruis op de weg van “hier niet parkeren”, maar op het stukje wat ik had uitgezocht stond ik toch echt geen boer in ‘t venster. Niet in de laatste plaats natuurlijk omdat er in de binnenstad buitengewoon weinig boeren zitten. Wij uitgestapt en de steeg in. Halverwege stond een schilder, klaarblijkelijk, op ons te wachten. Ik had van te voren doorgegeven wanneer wij ongeveer zouden arriveren. Ondanks het ophalen van de bijrijder klopte dat heel aardig. Bijrijder zag de duif al van verre zitten. Halverwege een rolsteiger van zo’n twaalf meter hoog, helemaal tot aan de dakgoot. De schilder begroet. Hij vond het maar vreemd dat het beest al vanaf vrijdag, vandaag in dinsdag, op hetzelfde plekje zat. Duif was overigens wel een keer opgevlogen en was toen tegen een raam geknald en was toen weer gaan zitten. Goed, ik maak me klaar om te klimmen. In mijn vorig leven als zeeman heb ik dat soort steigers en van die hoogte wel beklommen op een minder stabiel platform dan de begane grond. Bovendien, zo’n schilder zorgt echt wel dat hij veilig kan werken daarboven. Maar bijrijder was heel bezorgt: “durf je dat wel”. Verkeerde opmerking natuurlijk, dan ben ik dat wel aan mijn mannelijke eer verplicht. Bij de duif aangekomen probeer ik haar te pakken. Die fladdert een dek hoger. Ik klim een dek hoger, duif gaat ook een dek hoger. Enzovoorts. Helemaal bovenin vliegt de duif naar de dakgoot aan de overkant. Nou, als dat lukt, dan kan ze ook wel naar beneden komen om een kostje bij elkaar te scharrelen. Naar mijn professionele observatie was er met dat hele beest niks mis, ze vond het alleen een leuk plekje om te zitten. Ik roep naar de schilder, die inmiddels op een naburige steiger weer aan het werk gegaan was, dat ik het voor gezien houd. Beest kan wel voor zichzelf zorgen. | |
10-10-22 08:50:56 | Emmo Stamgast WMRindex: 67.677 OTindex: 28.577 |
22.2: Eenzame jonge kat Tijdje later komt er weer een melding. In het buitengebied aan de overkant van de rivier (van de stad uit gerekend) loopt er al een tijdje een heel jong katje, een kitten, te schooien. Mensen hebben geprobeerd een moeder te vinden maar die pogingen zijn om niets uitgelopen. Beestje kan zelfstandig eten, van het natvoer dat haar wordt voorgezet kan ze lekker smullen en drinken, schoteltje water, schoteltje melk, gaat ook prima. Toch hoort het niet, zo’n jong beestje alleen. Wij er naartoe. Bijrijder liep vooraf al te smelten en toen we er waren helemaal. Even met de melder gepraat, hoe ze was komen aanlopen, wat ze gedaan hadden om de moeder te vinden en dat soort zaken. Voor alle zekerheid nog even gekeken of ze ook gechipt was, maar dat was niet het geval. Zo’n beestje doen we geen belbandje om, maar die gaat gelijk naar het asiel. Tegenwoordig als we een verdoolde kat tegenkomen zonder chip doen we haar een belbandje om en laten haar weer vrij. Een belbandje is een papieren bandje met in koeiencijfers een telefoonnummer erop. Een eventuele eigenaar kan dan melden dat er niets loos is met het beest. Als er na een paar dagen, 2 à 3, geen reactie is dan proberen we haar weer te pakken te krijgen en gaat ze naar het asiel. Afhankelijk van hoe tam de kat is wordt er een tehuis voor haar gezocht, als blijkt dat het een wilde is dan wordt ze gesteriliseerd en weer vrijgelaten. Wilde katten zijn ongeschikt als huisdier. Reden hiervoor is dat soms tamme huiskatten worden meegenomen terwijl er baasjes zijn die zich vervolgens rot zoeken naar het beest. Ten tweede is de beperkte opvangcapaciteit van het asiel ook een punt van aandacht. Het asiel zit momenteel mudvol met katten. Maar een kitten zoals deze is, zelfs als ze wild is, nog wel te socialiseren. Dan kan er een geschikt baasje voor worden gezocht. Op het asiel de kitten ingeleverd, papieren ingeleverd en de vuile was weer gewisseld voor schone. Zo kunnen we er weer even tegen. | |
10-10-22 09:27:06 | Mamsie Oudgediende WMRindex: 46.268 OTindex: 96.116 |
Schitterend verhaal weer! Altijd wat gezelligs om te lezen! | |
11-10-22 00:46:18 | HoLaHu Oudgediende WMRindex: 6.352 OTindex: 2.476 |
@Mamsie: Ja, echt wel! En ik hoop zó dat deze kitten goed terecht gaat komen! | |
11-10-22 10:27:50 | Emmo Stamgast WMRindex: 67.677 OTindex: 28.577 |
22.3: Nachtkat ‘s Avonds is er een vergadering op het asiel over van alles en nog wat. Omdat rond de tijd van de vergadering ook de buswissel is rijd ik met de bus naar het asiel, laat mijn neus zien op de vergadering en breng na afloop van de vergadering de bus naar de volgende collega en ga dan met de fiets naar huis. Fietsje achterin de bus en karren maar. Tevoren is me gevraagd om, als ik toch op het asiel ben, een vangkooi op te halen om een verwilderde kat te vangen. Uiteraard vergeet ik dat aan het eind van de vergadering en denk er pas aan als ik al een paar kilometer op weg naar de overdracht ben. Ik keer de bus en sjees terug naar het asiel. Als de deur al dicht is, is dat geen probleem, ik heb de sleutel zodat ik een kooi kan pakken. Maar als ik kom aanrijden is net de laatste man bezig om af te sluiten. Hij houdt nog even het hek voor mij open en wacht tot ik de vangkooi uit het schuurtje gehaald en in de auto gezet heb. Dan komt hij naar me toe en zegt dat hij nog een melding heeft. De man werkt periodiek ook op de centrale. Officieel is het mijn dienst niet, die was om zeven uur al afgelopen, maar ik moet toch de bus naar de volgende collega brengen. Haar dienst begint pas morgenochtend, over de nacht draait de tweede bus beide gebieden. De melding is in dezelfde stad als waar mijn collega woont, ik ga tóch die kant op. Bovendien is de melding een aangelopen kat. Kijken of zij een chip heeft, indien mogelijk naar de eigenaar brengen of anders een belbandje omdoen. Menselijkerwijs zal dat niet zo’n toer zijn. Ik stuur een bericht naar de collega dat ik wat later kom vanwege een melding. Collega is daar helemaal niet van gecharmeerd, haar echtgenoot moet de de volgende ochtend om zes uur al op voor zijn werk en ze gaan dan ook vroeg te bedde. Afspraak wordt dan ook dat ik de sleutel en de telefoon door de brievenbus gooi en op het fietsje naar huis ga. Dat was de oorspronkelijke afspraak, het wordt nu alleen wat later. Ik onderweg naar de kat. Dat is diep in de binnenstad. Natuurlijk hebben ze de normale toegangsweg afgesloten, dat is de kade langs de rivier, vanwege een hoogwateroefening. Waarschijnlijk kijken of de coupures het nog doen. Ik kan dan ook alleen via een enorme omweg, dankzij alle éénrichtingsverkeer, op de plaats van bestemming komen. Ik had tevoren doorgebeld hoe laat ik ongeveer zou komen en inderdaad staat een man op me te wachten. De kat in kwestie is een jaarling, een aanhankelijk beestje. Ze blijkt inderdaad een chip te hebben en ik bel het bijbehorende telefoonnummer. Dat blijkt vlak in de buurt te zijn. Eigenaar vraagt het adres en zegt dat hij langskomt. Een paar minuten later probeert de kat richting voordeur te vluchten. Dat is niet de bedoeling, wel even op het baasje (of zoals sommigen zeggen: het personeel) wachten. Ik pak de kat op, maar het dier blijft worstelen om vrij te komen. Gelukkig zonder de nagels te gebruiken. Heel kort daarna komt de eigenaar voorbij. Melder stond al bij de voordeur te wachten. Kat had denkelijk al véél eerder dan ik door dat de baas er aan zat te komen. Dat had de kat van m’n ouders ook. Als die op de televisie sprong om naar buiten te kijken wist ik dat een minuut later mijn ouders thuis zouden komen. Spartelende kat aan de eigenaar overhandigd. Nog even gespraat, en gevraagd of de eigenaar vanwege de inzet van de ambulance de bekende zevenentwintig euro wilde overmaken. Voor de eigenaar was dat geen probleem, hoort erbij, maar de melder voelde zich opgelaten dat de eigenaar door de melding op kosten werd gejaagd. Afscheid genomen van beide heren en het busje naar de collega gereden. Daar was alles in diepe rust. Telefoon en sleutels door de brievenbus gegooid. Collega was wel zo attent geweest om een kussen onder de gleuf te leggen, de telefoon maakte daardoor een zachte landing. Ik op weg naar huis. Het was inmiddels steenkoud geworden, begin van de herfst met een heldere hemel wil dat wel. Maar zo de polder door met weinig verlichting had ik wel een mooie sterrenhemel boven me. Even na middernacht was ik thuis. | |
12-10-22 13:19:38 | Emmo Stamgast WMRindex: 67.677 OTindex: 28.577 |
23: Koppende eend 23.1: Eend met gat Net voor de koffie krijg ik het eerste telefoontje. Het betreft een gewonde eend in een park in het stadje aan de overkant van de rivier (gerekend vanuit de stad). Mensen hadden hem al gevangen en in een bench gedaan. Mooi zo, dan hoeven wij, de bijrijder en ik, dat beest niet eerst te vangen. Dat gaat niet altijd even goed. Eerst maar eens de bijrijder ophalen. Die woont in de stad en daarvoor moet ik eerst de brug over naar de stad en dan weer terug naar het stadje. Ik woon aan dezelfde kant van de rivier als het stadje. Natuurlijk ligt de brug er weer eens uit. Bovendien is het vrij druk zodat je een eeuwigheid voor de stoplichten staat te wachten. Maar afijn, omdat ik de situatie ken heb ik de doorgegeven aanrijtijd redelijk ruim genomen. Je kunt beter een ietsje eerder komen dan wat later, hoewel zijn de meeste mensen best wel geduldig. In dit geval zijn de mensen bezig in de kinderboerderij die in het park gevestigd is. In eerste instantie krijg ik een fout adres door, een domme spellingfout blijkt achteraf, waardoor postcode en straat niet met elkaar overeenkomen. Centrale belt nog een keer met de melder en krijgt weer een ander adres door van een doodlopende straat direct naast het park. Maar als ik de bijrijder oppik zegt zij onmiddellijk te weten waar het is. Zij woont haar hele leven in die omgeving en is daar redelijk bekend. In ieder geval beter dan ik. Als we aankomen op die doodlopende weg moeten we een paadje tussen de huizen door en staan dan in het park. Midden in het park staat het gebouwtje van de kinderboerderij waar we wezen moeten. Als we aan komen lopen komt de melder, vergezeld van nog een paar mensen het gebouwtje uit. Ze zagen ons al aankomen. Eend in bench bij zich. Even gesproken over het wat en hoe, en dan zullen we de eend maar in een bakje van ons doen. “Pas op”, zegt één van de vrouwen, “Ze wil er héél graag vantussen”. En inderdaad. Ik doe de bench open en reik met de hand naar binnen om de eend te pakken. Vliegt het beest me onder de hand vandaan naar buiten. Ik kan haar nog net met de andere hand beetgrijpen en val al doende bijna op m’n snuffel. Maar ik had ‘r. Het dier had een open wond tussen de ogen, net boven de snavel. Goed, daar zijn we voor. We praten nog even met de melders en gaan dan met de eend terug naar de auto. Daar belden we met de opvang. “Goed”, zegt de opvang, “Kom maar door met die eend”. Bij de opvang stoppen we de eend in de aangegeven kooi. Water en voer staan al klaar. | |
13-10-22 18:17:41 | Emmo Stamgast WMRindex: 67.677 OTindex: 28.577 |
23.2: Aangereden kat Net als we operatie eend beëindigd hebben gaat de telefoon. Volgende melding. Een aangereden kat in dezelfde stad. Dier is gewond maar leeft nog. Bloedende wonden maar was nog vief genoeg om op een kliko te springen. Het is niet ver van ons vandaan, vijf minuten later zijn we ter plekke. Één van de melders heeft haar van de kliko getild en op de grond gelegd. Ze ziet er niet al te florissant uit. Bloed rond de bek en aangezicht, zeer snelle ademhaling en reageert alleen op een pijnprikkel. Tikje tegen de neus, vanwege de omstanders wil ik het niet te grof maken. Bijrijder pakt de chiplezer en we hebben contact. Melder zegt “Dat is één van de buren” en rent gelijk naar het desbetreffende huis. Bijrijder probeert tegelijkertijd te bellen. Aldus gealarmeerd komen man en vrouw aangedraafd. Vrouw knielt bij de kat, bijrijder en ik praten met de man. Zaakje voor de dierenarts. Welke? Er zijn er drie in de stad. Eigenaar beslist: De grote aan de doorgaande weg. Dat is waarschijnlijk de bekendste. Bijrijder belt met de dierenarts. Die hebben net middagpauze. “Toets voor spoed een één”. Als dit geen spoed is dan weet ik het niet meer. “We zitten er aan te komen met een zwaargewonde kat. Scheve kaak, verwondingen aan aangezicht, mogelijk inwendig letsel”. Ik til het beest in de grootste bak, daar ligt ze het meest comfortabel en gaan onderweg naar de dierenarts. Wij rijden voor en de eigenaren komen achter ons aan met de eigen auto. Bij de dierenarts staat de hele bups al klaar. Bijrijder brengt de box met de kat naar de behandelkamer. Eigenaren erachteraan. Ik blijf achter en geef voor zover ik weet de gegevens door aan de secretaresse. Even later komt bijrijder met een lege box naar buiten. Dierenarts had hersenletsel geconstateerd: pupillen waren verwijd en stonden verschillend. Was mij nog niet opgevallen, maar zo nauwkeurig had ik het beest ook niet bekeken. Formeel moesten we volgens protocol om die zevenentwintig euro vragen voor een assist, maar de mensen waren zo emotioneel dat we dat maar uit ons bolle kop lieten. We hebben de gegevens die we hadden doorgegeven aan de centrale en die zouden de boel verder afhandelen. Protocol is protocol maar soms kunnen ze opvliegen met d’r protocollen. Ik breng bijrijder naar huis en ga zelf ook die kant op. | |
14-10-22 01:12:03 | HoLaHu Oudgediende WMRindex: 6.352 OTindex: 2.476 |
@Emmo: Tja, dat zijn dan weer de mindere dingen van het vak. Wel fideel van jullie dat jullie het protocol aan jullie laars lapten... | |
14-10-22 12:30:31 | Emmo Stamgast WMRindex: 67.677 OTindex: 28.577 |
23.3: De gekooide kat Even na drieën komt de volgende melding. Gisteren was er een vangkooi uitgezet om een halfwilde kat te vangen. Dezelfde kooi die ik in eerste instantie vergeten was op te halen in 22.3: Nachtkat. Het beest was inderdaad gevangen en wij konden haar ophalen en naar het asiel brengen. Eerst maar het fietsje in de auto, als er nog een melding achteraan komt kan ik gelijk doorrijden naar mijn aflosser. Dan de bijrijder ophalen en daarna de gekooide kat ophalen. Het adres was op een flat aan de rand van de binnenstad. Voldoende parkeer en de melder stond ons al op te wachten. Zij vertelde dat de kat halfverwilderd was en twee maal per jaar kittens produceerde. Iemand anders in de flat pikte die kittens in en verkocht die op Marktplaats. Daar schijnt toch wel handel in te zijn. Vind ik gek, want als ik rondvraag doe dat ik wel een jong katje zou willen hebben dan heb ik hier vanuit de buurt binnen de kortste keren legio aanbiedingen. Katten zat. Maar mevrouw de melder vond het best dat de kat in de rondte zwierf maar dat er commercieel gebruik, of misbruik, van werd gemaakt stoorde haar. Dus had ze het asiel gebeld of er wat aan te doen viel. Vervolgens heeft een van de collega’s de kooi gebracht en kwamen wij die weer ophalen. Bedoeling was dat het dier werd gesteriliseerd en later weer zou worden uitgezet. Goed, als die afspraak met het asiel gemaakt is, dan doen we het zo. Beest met kooi en al naar de auto getransporteerd. Doeken over de kooi om het dier zoveel mogelijk rustig te houden. Niet dat het hielp, want toen ik met haar naar buiten wandelde was ze als een gek in de kooi heen en weer aan het racen. Ik heb dat vaker gezien met wilde katten. Tamme blijven gewoonlijk rustig zitten. Eenmaal in de auto werd ze weer rustig, gelukkig. Toen we bij het asiel kwamen waren ze al dicht, maar daar hadden we een sleutel voor. Bovendien hadden we van de centrale al extra instructies gehad hoe te handelen. Kooi met kat en al op de vloer gezet met handdoeken eronder. De vloer is betegeld en dat is toch aardig koud voor zo’n beestje. Bakje voer en een bakje water in de kooi geschoven, voorzichtig dat ze er niet uit vliegt, sommige katten zijn daar erg goed in. Maar toen we de deur achter ons dicht deden zat ze al lekker te eten. | |
15-10-22 16:13:04 | Emmo Stamgast WMRindex: 67.677 OTindex: 28.577 |
24: Motörkat Naar de rockband Motörhead 24.1: Kat onder de motorkap Ik heb net de koffie op als de telefoon gaat. Een melding. Iemand heeft een dode kat onder de motorkap van zijn auto gevonden en die wilde er vanaf. Punt van overweging van mijnheer was wel dat het dier mogelijk gechipt zou kunnen zijn. Als het dier gechipt is kan mogelijk een eigenaar worden vastgesteld. Die weet dan in ieder geval waar zijn of haar huisdier gebleven is. Eerst de bijrijder opgehaald en dan naar de woonwijk waar de melding vandaan komt. Tegenover het adres is een plekje vrij, mooi zo. Ik pak een krat in de veronderstelling dat het om een gewone dode kat ging. Toonbare beesten doen we tegenwoordig in een krat, zodat een eventuele eigenaar die zijn dier komt ophalen het dier makkelijker kan herkennen. Bovendien staat het ook wat vriendelijker dan het kadaver van Minous uit een dichtgeknoopte vuilniszak te halen. Bijrijder belt aan, mijnheer doet open en gezamenlijk gaan we naar de auto, die onder een carport achter het huis staat. Ondertussen vertelt mijnheer van het gebeurde. Hij reed van zijn woonplaats naar de grote stad en weer terug. Op de terugweg begon het te stinken onder de motorkap. Thuisgekomen deed hij de motorkap open en daar vond hij het bewuste beest. In onderdelen. Waarschijnlijk is de kat gegrepen door een V-snaar of een ventilatorriem of zoiets. In ieder geval zaten delen van de kat over de motor verspreid. Hij heeft toen handschoenen aangedaan en de overblijfselen in een vuilniszak gestopt. De maden zaten er toen al op. Dat feit doet me vermoeden dat het dier al een tijdje dood onder de motorkap gelegen heeft. Voor alle zekerheid heb ik nog even de zak opengeknoopt om te kijken of er nog iets te chippen viel, maar het dier was zodanig beschadigd dat de kans daarop me nogal gering leek. Terug in de auto eerst nog maar een tweede zak erom gedaan, ik heb liever niet de hele auto onder de maden, en daarna de centrale gebeld. Die vond met mij dat het dier gelijk maar naar de verwerking moest. Hier was geen eer meer aan te behalen. In dezelfde stad is een verwerkingsbedrijf waar we zonder meer kadavers kwijt kunnen. Bijrijder was daar nog niet eerder geweest. Dat was weer een leermomentje, zodat we het nuttige met het onaangename konden verenigen. Leuk is zoiets niet, maar het moet wel gebeuren. | |
16-10-22 00:29:53 | HoLaHu Oudgediende WMRindex: 6.352 OTindex: 2.476 |
@Emmo: De maden zaten er al op..Dan heeft meneer toch al een paar dagen geen auto meer gereden? Zó vaak zitten er nou ook weer geen vleesvliegen onder je motorkap, toch? | |
16-10-22 10:25:43 | Emmo Stamgast WMRindex: 67.677 OTindex: 28.577 |
@HoLaHu: Klopt. Maar als het motortje draait wordt het wel warm en dan gaat het een stuk sneller. | |